Kaart (cartografie) - Elsene (Ixelles)

Elsene (Ixelles)
Elsene (in het Frans: Ixelles) is een van de 19 tweetalige gemeenten die samen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vormen. De gemeente telt ruim 85.000 inwoners. Ze bevindt zich in het zuidoosten van Brussel en wordt in tweeën gedeeld door de zuidelijke uitbreiding van Brussel met de Louizalaan, die behoort tot de stad Brussel. Elsene is daardoor samen met Baarle-Hertog, Mesen en Sint-Gillis (hier slechts een klein aantal percelen) een van de vier Belgische gemeenten waarvan het grondgebied uit meerdere, niet-aaneengrenzende delen bestaat.

Op het grondgebied van de gemeente liggen de campussen Campus Etterbeek van de Vrije Universiteit Brussel (VUB), Campus de la Plaine en Campus Solbosch (deels) van de Université libre de Bruxelles (ULB) en de Campus Marie Haps van de Université Saint-Louis - Bruxelles.

Elsene ontstond aan de plaats waar de weg naar Boondaal de Maalbeek kruiste. Het gehucht Neder-Elsene ontstond rond de 13e eeuw nabij de Vijvers van Elsene en de abdijmolen van Ter Kameren, in de buurt van het huidige Flageyplein. In de 15e eeuw werd er een eerste kerkje opgericht. In de 16e eeuw werd het dorpje vernield bij godsdienstoorlogen. In de 17e eeuw kende het een bloeiperiode door de biernijverheid. Omstreeks 1800 was Elsene nog een landelijk dorp; buiten de dorpskom lagen nog de gehuchten Boondaal en Ten Bos. Tegen de stad Brussel, boven de Maalbeek, ontstond buiten de Naamsepoort een Brusselse buitenwijk, Opper-Elsene. Op het eind van het ancien régime werden in 1795 onder Frans bewind de gemeenten gecreëerd en Neder-Elsene, Opper-Elsene, Boondaal, Tenbos en Solbos werden ondergebracht in de gemeente Elsene. Na de afbraak van de poort op het eind van de 18e eeuw groeide Opper-Elsene uit en van hieruit nam de verstedelijking een aanvang vanaf 1830.

In deze periode werd het huidige gemeentehuis opgericht als buitenverblijf voor de befaamde zangeres Maria Malibran. De verstedelijking werd aangezwengeld door de aanleg van de Leopoldswijk (vanaf 1840) en bereikte omstreeks 1850 de omgeving van het gemeentehuis, dat in 1849 werd ondergebracht in het buitenverblijf van La Malibran. Tegen 1870, nadat de Louizalaan was aangelegd, was ook Neder-Elsene verstedelijkt. De Maalbeek verdween daarbij grotendeels in een ondergrondse waterleiding. In 1880 werd op het grondgebied van de gemeente een station opgericht. Ondanks dat het station dichter bij het centrum van Elsene dan bij dat van Etterbeek lag, werd het station naar Etterbeek genoemd omdat Etterbeek in het verleden een hogere status had gehad dan het gehucht Elsene. In 1890 had de verstedelijking zich ook doorgezet in het gehucht Ten Bos. Omstreeks 1930 bereikte de bouwwoede het gehucht Boondaal, nadat op het terrein waar de wereldtentoonstelling van 1910 had plaatsgevonden de Natiënlaan (tegenwoordig Franklin Rooseveltlaan) was aangelegd en de wijk Solbos haar landelijke karakter had verloren ten gevolge van de verhuis van de ULB naar deze wijk, waar vanaf 1924 met financiële steun uit de Verenigde Staten een nieuwe universitaire campus uit de grond werd gestampt.

Terwijl Neder-Elsene in die tijd overwegend Nederlandstalig bleef, ging de verstedelijking van Opper-Elsene gepaard met een ingrijpende verfransingsgolf. Structureel ging Elsene feitelijk deel uitmaken van de Brusselse stadsagglomeratie, hetgeen de verfransing in de hand werkte. Omstreeks 2000 was het aandeel van de Nederlandstalige bevolking in de gemeente gereduceerd tot naar schatting zeven à acht procent.

Tegen het einde van het interbellum was het Elsense grondgebied praktisch volgebouwd. Tussen de stad Brussel en de gemeenten Sint-Gillis en Etterbeek overweegt het 19e-eeuws gebouwenpatrimonium. In de wijken die tussen de meer zuidoostelijke gemeentes zitten geprangd, overweegt de architectuur uit het interbellum en van na de Tweede Wereldoorlog.

In het tweede deel van de 19e eeuw werd begonnen met de aanleg van tramwegen in de Brusselse agglomeratie met in het begin ontspoorbare paardentrams. Daar elke gemeente haar toestemming moest verlenen vroegen de eerste trammaatschappijen maar in een beperkt aantal gemeentes vergunningen aan voor de aanleg van tramlijnen. Zo zijn er bijna "gemeentelijke" trambedrijven ontstaan. In 1874 reed de Société du Tramway des Faubourgs d'Ixelles - Etterbeek twee tramlijnen vanaf de Naamsepoort. Deze concessies werden later overgenomen, na herbouw, door de Chemin de Fer à Voie Etroite de Bruxelles à Ixelles-Boondael (BIB) opgericht in 1884 om een metersporige tramlijn tussen de Naamsepoort en Boondaal te bouwen binnen de gemeentegrenzen van Elsene. Het metersporig tramnet van vijf tramlijnen van de BIB werd in 1899 overgenomen door Les Tramways Bruxellois en omgespoord naar normaalspoor. De tramlijnen verbonden de gemeentes Elsene en Etterbeek met de stad Brussel en maakten de groei van de voorstadswijken mogelijk.

Van de oorspronkelijke 938 hectare verloor de gemeente er 304 ten gevolge van een tiental grenswijzigingen, die plaatsvonden tussen 1851 en 1913. Alleen al in 1864 slokte de stad Brussel de sinds 1863-64 aangelegde Louizalaan en haar omgeving op, alsook een groot deel van het Ter Kamerenbos: in het geheel zo'n 234 hectare. Door deze zuidelijke uitbreiding van het grondgebied van Brussel werd de gemeente in twee gesneden, waardoor Tenbos en Berkendaal in een westelijke exclave kwamen te liggen.

In de Abdij Ter Kameren is sinds 1874 het Militair (nu Nationaal) Geografisch Instituut ondergebracht. Vanaf 1926 kreeg deze instelling in de voormalige kloostergebouwen onder impuls van Henry Van de Velde het gezelschap van het Hoger Instituut voor Sierkunsten (het Institut supérieur des Arts décoratifs). dat later werd omgedoopt tot École nationale supérieure des arts visuels (de nationale hogeschool voor visuele kunsten).

De Kroonlaan werd in de vroege jaren 1880 verrijkt met het in Vlaamse neorenaissancestijl gebouwde Militair Hospitaal, dat ondertussen grotendeels plaats heeft geruimd voor woningbouw en kantoorruimte. Enkel twee hoekgebouwen zijn bewaard gebleven. De gedemonteerde, steen per steen genummerde voorgevel van de middenvleugel van het gebouw aan de Kroonlaan is tegen de beloftes van de projectontwikkelaar in, nooit opnieuw opgebouwd. 
Kaart (cartografie) - Elsene (Ixelles)
Land (geografie) - België
Vlag van België
België, officieel het Koninkrijk België, is een West-Europees land dat aan de Noordzee ligt en aan Nederland, Duitsland, Luxemburg en Frankrijk grenst. Het land is 30.528 km² groot en heeft een bevolking van meer dan 11,6 miljoen inwoners (ruim 6,7 miljoen in het Vlaams Gewest, 3,7 miljoen in het Waals Gewest en 1,2 miljoen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest). Brussel is de hoofdstad van België en tevens het bestuurlijk centrum van de Europese Unie en de NAVO.

Het land heeft drie officiële talen: een kleine zestig procent van de bevolking spreekt Nederlands, vooral in Vlaanderen, veertig procent spreekt Frans, vooral in Wallonië en Brussel, en minder dan een procent spreekt Duits, in de Oostkantons. De culturele en linguïstische diversiteit van het land heeft door een opeenvolging van staatshervormingen geleid tot een complex politiek systeem, waarbij in principe de grondgebonden bevoegdheden – zoals economie, werkgelegenheid en infrastructuur – liggen bij de Gewesten (het Vlaamse, het Waalse en het Brusselse), en de persoonsgebonden materies – zoals onderwijs, cultuur en welzijn – bij de Gemeenschappen (de Vlaamse, de Franse en de Duitstalige), met een overkoepelende federale overheid voor het hele grondgebied, bevoegd voor onder meer defensie, justitie en de sociale zekerheid.
Valuta / Taal  
ISO Valuta Symbool Significant cijfer
EUR Euro (Euro) € 2
ISO Taal
DE Duits (German language)
FR Frans (French language)
NL Nederlands (Dutch language)
Buurt - Land (geografie)  
  •  Duitsland 
  •  Frankrijk 
  •  Luxemburg 
  •  Nederland 
Bestuurlijke indeling
Stad, Dorp,...